De schijveneg kan eenvoudig grotere hoeveelheden gewasresten mechanisch verkleinen en vermengen met de grond. Met die machine moet met een grotere snelheid gereden worden, anders wordt onvoldoende menging en verhakseling bekomen. Voor een oppervlakkige ontstoppeling en om onkruiden in te werken biedt dat gamma machines een goed resultaat. Hou er rekening mee dat je op steile hellingen voldoende pK’s voorziet om voldoende snelheid te kunnen halen.
- Cultivator: tot 20 cm bewerkingsdiepte
Met oog op niet-kerende grondbewerking kan je met een cultivator al flink uit de voeten. Die bewerking gaat ook iets dieper dan een werkgang met een schijveneg. De machines bestaan in alle maten, modellen, veel of weinig tanden, smalle of brede beitels, met of zonder vleugels. Hoe dieper je bewerking, hoe meer vermogen je nodig hebt.
Rechte tanden gedragen zich overal gelijk in het veld, terwijl gebogen tanden meer beweging in de ondergrond veroorzaken. Streef bij je bewerkingen altijd naar vlaklegging. Let er daarom op dat bij het gebruik van gebogen tanden de middenste twee tanden niet te dicht bij elkaar staan, anders creëer je een lichte opbolling.
Bij de biologische teelt moet je er altijd voor zorgen dat er een overlap van minstens 6 cm is tussen de tanden. Bij minder overlap bestaat immers altijd de mogelijkheid dat onkruiden ombuigen en niet afgesneden worden.
- Diepwoeler: diepe grondbewerking (tot een diepte van 35 cm)
Ook bij diepwoelers bestaat een rijkheid aan modellen: rechte of geboden tanden, 4 of 6 tanden per 3 m, allemaal op 1 rij of in V-vorm … Onder diepe grondbewerking verstaan we een bewerking tot beneden de ploegzool of net beneden de verdichte laag. Een vleugeltand hoeft niet volledig onder de verdichte laag gebracht te worden. Het doorbreken van de laag met de punt is al voldoende.
- Spitmachine en ecospitmachine
Een spitmachine past in principe niet thuis in het rijtje niet-kerende grondbewerkingsmachines omdat ze de bodem vaak te veel en heel fijn mengen. Op de demonamiddag werd daarom ook een eco-spitmachine gedemonstreerd waarbij de grond diep gebroken wordt, maar de gelaagdheid van de bodem intact blijft.
Omschakelen van ploegen naar niet-kerende grondbewerking
Het is een manier van bedrijfsvoeren die voor iedereen toepasbaar is. De eerste jaren na ploegen zal er vooral diepe grondbewerking nodig zijn als er verdichting optreedt. Verdichting is er altijd, maar we moeten ze zo oppervlakkig mogelijk houden. Hoe dieper je een bodem los maakt, hoe dieper je die ook terug kan compacteren. Als je ploegt tot 30 cm, dan kan je je bodem ook compacteren tot voorbij de 30 cm. Door niet-kerend te werken vergroot je op termijn ook je draagkracht van je bodem. Daardoor verklein je de kans op diepere bodemcompactie.
Bij een stabiele bodemsituatie na enkele jaren niet-kerende bodembewerkingen kunnen diepe bodembewerking zich beperken tot ongeveer 23 cm. Minder diep bewerken = minder brandstofverbruik, sneller werken ….
Algemeen zijn volgende handelingen totaal NIET gewenst en dragen ze NIET bij tot een gelijkmatige overgang van kluiten in de bodem van boven naar beneden:
- Te intensieve bewerkingen
- Te diepe bodembewerkingen
- Te homogene zones in één bodemlaag
GMO-subsidies bij aankoop niet-kerende grondbewerkingsmachine
Telersvereniging Ingro geeft, voor de aankoop van een niet-kerende bodembewerkingsmachine, GMO-subsidies. Om als teler in aanmerking te komen voor subsidie moet je de actie voorafgaandelijk bij Ingro aanvragen en een offerte voorleggen. Bovendien moet minimum 50% van het areaal of de omzet van je teelten uit groenten bestaan.