Artikel

Recent organiseerde Inagro een aantal demo's omtrent groenbedekkers. Meer dan 300 land- en tuinbouwers namen deel. Ze merkten op hoe belangrijk het is om groenbedekkers in te zaaien. Met een profielput en aangepaste bandenspanning demonstreerden we ook de impact van machinegewichten op bodemverdichting. In dit nieuwsbericht blikken we terug op de geslaagde studiedagen.  

 
Kan je je groenbedekkers al inwerken?
Hoe kan je mengsels van groenbedekkers samenstellen?  
  • Sterke groeiers - zoals gele mosterd en bladrammenas - maken best een minderheid uit van je mengsel. Probeer de andere component in de samenstelling altijd meer dan 50 % te laten uitmaken van de minimaal aanbevolen zaaidichtheid;    
  • In de verschillende rassen van bijvoorbeeld gele mosterd kan er soms meer dan 1 maand verschil zitten in bloeitijdstip (en zaadvorming). Kies dus het juiste ras.

Mag je je groenbedekker al inwerken of maaien?  
  • Naargelang de landbouwstreek gelden verschillende minimale aanhoudingsperiodes voor vergroening:     
    • Polders en Duinen: minstens aanhouden tot en met 15 oktober;     
    • Leemstreek: minstens aanhouden tot en met 30 november;     
    • Zandleemstreek en andere: minstens aanhouden tot en met 31 januari;     
  • Een groenbedekker mag geoogst, gemaaid of begraasd worden na de uiterste datum van de minimale aanhoudingsperiode. Onder strikte voorwaarden kan een groenbedekker of vanggewas ook geoogst, gemaaid of begraasd worden tijdens de aanhoudingsperiode, vermits de groenbedekker voldoende vroeg ingezaaid kan worden, namelijk na een vroege oogst van de hoofdteelt. Zo heeft de groenbedekker de mogelijkheid om zich voldoende te ontwikkelen bij gunstige omstandigheden. Na de oogst van de groenbedekker moet er wel nog voldoende gewas aanwezig blijven, zodat de groenbedekker in staat blijft zijn functies te vervullen, namelijk het zorgen voor:     
    • de opname van nutriënten uit het bodemprofiel;     
    • het bedekken van de bodem.    
  • Groenbedekkers die niet aan bovenstaande voorwaarden kunnen voldoen, mogen - om de zaadvorming te voorkomen - enkel gemaaid of geklepeld worden tijdens de aanhoudingsperiode voor zover de gehele plant niet vernietigd wordt.

201811inwerkenGB.jpg


Hoe kan je bodemverdichting vermijden: best banden of rupsen gebruiken?

Bij een aangepaste bandenspanning (lagere bandenspanning op het veld) zal het risico op verdichting verminderen. Bij een lagere bandenspanning komt de band onder lagere druk te staan, waarbij je een ‘rupseffect’ bekomt doordat de band niet uitzet in de breedte maar wel in de lengte.

Met een ‘lagere’ bandenspanning op het veld, boots je een rups na en verminder je verdichting in de bodem. Probeer telkens alvast het totale gewicht in alle omstandigheden zo laag mogelijk te houden. Je bodem zal je er dankbaar voor zijn.     

Belangrijk is om altijd de bandenspanningstabel te raadplegen. Zo weet je welke minimale druk per band je mag hanteren. Dat hangt onder meer af van het totale gewicht en de rijsnelheid.    

201811bandenafdruk.jpg

Heb je vragen over verdichting? Wil je samen met een adviseur van Inagro gratis de chemische, fysische en biologische aspecten van je bodem nagaan? Contacteer dan Franky Coopman via 051 27 33 45 of via franky.coopman@inagro.be.  

> Bekijk ook de uitgebreide proefveldgids.  


Gekoppelde thema's & sectoren: Bodem En Bemesting | Gewasbescherming