Artikel
Het Interreg-project Leve(n)de Bodem bevordert de grensoverschrijdende kennisuitwisseling rond bodem tussen Vlaanderen en Nederland. Een geslaagd initiatief was de organisatie van een webinar rond bodemleven en organische stof in samenwerking met Farmcafé. Meer dan 90 mensen volgden de online infosessie.
Geslaagd webinar rond bodemleven en organische stof

Organisch (koolstof)stofgehalte maakt het verschil
Annemie Elsen van de Bodemkundige Dienst van België wees in haar presentatie op het belang van het organisch (kool)stofgehalte. Een bodem met een hoger koolstofgehalte heeft een betere structuur, een gezonder bodemleven en kan veel beter de natuurlijke bodemfuncties vervullen. In een extreem droog 2017 waren het vooral de bodems met een goed organisch stofgehalte die de gewassen lang genoeg van voldoende vocht konden voorzien. Ook de infiltratiecapaciteit bij (hevige) neerslag van deze bodems is groter, wat in een jaar zoals 2016 heel goed van past komt.

Groenbedekkers bieden talrijke voordelen
Het klopt dat de mestwetgeving limiterend is voor wat je aan koolstof op de bodem kan brengen. Maar onderschat niet wat je al kan bereiken door granen of korrelmaïs in je rotatie op te nemen en door groenbedekkers in te zaaien. “Vooral het wortelstelsel van de groenbedekkers draagt bij aan de effectieve organische stof”, aldus Annemie. Groenbedekkers zijn ook de oplossing om bij een hoog organisch koolstofgehalte het nitraatresidu binnen de perken te houden. Ze benutten eventuele vrijkomende stikstof in het najaar en zorgen er op die manier voor dat de stikstof niet in het oppervlaktewater terechtkomt. Integendeel, het nutriënt wordt het komende groeiseizoen afgeleverd aan je gewas. Annemie gaf ook nog mee dat je een stabieler organisch koolstofniveau bereikt door  meermaals een lagere dosis compost te gebruiken, dan een eenmalige hoge dosis. Het blijft sowieso een werk van lange adem om een te laag koolstofgehalte op te krikken.


Benut het natuurlijke bodemleven
Gera van Os van Aeres Hogeschool is expert wat betreft het bodemleven. Ze kon ons vertellen dat het niet zo evident is om het bodemleven te meten.  Wat je wel eenvoudig kan vaststellen is de aanwezigheid van regenwormen, Voornamelijk de zogeheten pendelaars of diepgravers zijn belangrijk, onder meer voor hun graafwerken die de waterinfiltratie ondersteunen.

Micro-organismen zijn niet met het blote oog te zien, maar zijn minstens zo belangrijk, want ze maken de voedingsstoffen beschikbaar voor het gewas. Bepaalde van deze micro-organismen hebben bovendien ook een antagonistische werking. Dit wil zeggen dat ze actief optreden tegen ziekteverwekkers. Waarom deze antagonisten dan niet massaal inzetten in een zieke bodem? Gera legde ons uit dat dit niet zo makkelijk is. Elk beschikbaar plekje in de bodem wordt ingenomen door een organisme dat zich daar thuis voelt. Die staat dit niet zomaar af. Ook van antagonisten die op kunstmatige voedingsbodem gekweekt worden, mag je niet zomaar verwachten dat ze in een landbouwbodem gaan gedijen, laat staan werkzaam zijn. De boodschap is om maximaal gebruik te maken van het bodemleven dat van nature aanwezig is!


Heb je de webinar gemist? Je kan het herbekijken via deze link:
Gekoppelde thema's & sectoren: